Maak kennis met de jongste generatie toptalenten
Het is inmiddels een feestelijke, niet te missen traditie: het dansseizoen in Nationale Opera & Ballet wordt afgesloten met twee voorstellingen van Dansers van Morgen, de immer sprankelende en hartveroverende eindejaarsproductie van de Nationale Balletacademie. Live begeleid door Het Balletorkest laten alle 175 leerlingen en studenten van de school zich van hun beste kant zien in een uiterst divers en dynamisch programma. Met daarin naast klassieke werken en topstukken uit het repertoire van grootmeesters als Sir Kenneth MacMillan, Jiří Kylián en Hans van Manen ook een aantal spannende nieuwe creaties, zowel voor de jongste klassen als voor de (deze en volgende zomer) afstuderende danstalenten.
Reserveren
Reserveer vanaf 17 april je tickets via Nationale Opera & Ballet
Een primeur voor Nederland
Met veel trots opent de Nationale Balletacademie haar eindejaarsproductie dit jaar met Concerto van de Britse meesterchoreograaf Sir Kenneth MacMillan. Het is voor het eerst dat een Nederlands gezelschap of Nederlandse opleiding een werk van hem danst. MacMillan creëerde Concerto niet voor The Royal Ballet, waar hij jarenlang vaste choreograaf was, maar voor het Staatsballett Berlin. Zijn doel was om de dansers van dit gezelschap vooral danstechnisch een sprong vooruit te laten maken en dat resulteerde in een uiterst fysieke, virtuoze choreografie voor 27 dansers die ook voor de huidige generatie dansers een grote uitdaging vormt.
Hollandse grootmeesters
Een tweede belangrijke en uitdagende aanwinst is Jiří Kyliáns indringende, mysterieuze Whereabouts Unknown, waaruit de hbo-studenten in deze editie van Dansers van Morgen een deel zullen dansen. Nu Het Nationale Ballet sinds kort werk van de voormalig artistiek directeur van Nederlands Dans Theater op het repertoire heeft, is het ook voor de (bijna) afstuderende jonge dansers belangrijk om vertrouwd te raken met zijn stijl. Even uitdagend is zeker ook Hans van Manens Unisono, maar dan voor de jongste generatie dansers. Met minimale – maar volgens de meesterchoreograaf ‘hondsmoeilijke’ – passen is de choreografie vooral een oefening in concentratie, samenwerking en muzikaliteit.
Nieuwe creaties
Vanzelfsprekend bevat Dansers van Morgen ook dit jaar weer enkele nieuwe creaties. Mthuthuzeli November, sinds augustus 2024 Artistic Associate van de Nationale Balletacademie, maakt een nieuw werk voor de hbo-studenten van de school, waarin hij wederom zijn beide expertises – de Afrikaanse dans en de klassieke ballettechniek – laat samenvloeien. Traditiegetrouw is er verder ook weer een nieuw werk te zien van werelddansdocent en -choreograaf Iva Lešić, uitgevoerd door de leerlingen van NBA 1 t/m 4. In dit werk zal ditmaal ook een connectie worden gelegd met de Britse Royal Ballet School, want ook voor deze opleiding maakt Lešić dit seizoen – voor de tweede maal – een choreografie. Van heel recente datum is voorts Clouds, the mind on the wind, waarmee dansstudent Noortje Willemse bij de afgelopen editie van het Choreographic Project van de Nationale Balletacademie hoge ogen gooide. In haar choreografie voor zes dansers combineert Willemse op overtuigende wijze live-dans met videobeelden.
Klassiek repertoire
Verder worden de NBA-studenten tijdens Dansers van Morgen natuurlijk ook weer uitgedaagd in het klassieke balletrepertoire. Nieuw voor de school is de bruisende Tarantella uit het ballet Napoli van de beroemde Deense, negentiende-eeuwse choreograaf August Bournonville. De choreografie voor diverse koppels blinkt uit in de typische Bournonville-stijl, met technisch gecompliceerd voetenwerk en kleine sprongetjes en dat alles uitgevoerd met een enorme snelheid. De feestelijke finale van Dansers van Morgen bestaat, net als vorig jaar, uit een Grand Défilé van alle leerlingen en studenten, uitmondend in een – door artistiek leider Ernst Meisner samengesteld – choreografisch vuurwerk voor de hoogste klassen van de school.
Muzikale begeleiding
Het Balletorkest
o.l.v. Matthew Rowe
‘The Dansers van Morgen programme promises a bright dance future for the Netherlands. This wasn’t only about spotting future stars, although they were certainly in evidence, it was also about continuing the Dutch National’s fine tradition of developing choreographers’
Dance Europe
foto: Altin Kaftira