In deze nieuwsbrief blikt artistiek Jean-Yves Esquerre eerst nog even kort terug op het op een na laatste seminar dat als thema ‘allegro en sprongen’ had. ‘We hebben daarin uitgebreid gesproken over de, grof gezegd, twee manieren van springen. Je heb de Russische methode, waarbij het gaat om kracht en hoogte, en je hebt de Franse, Italiaanse en Deense school, die in het onderwijzen van de sprongtechniek meer nadruk op lichtheid en op het ‘terugveervermogen’ van het lichaam leggen. Je zou ook kunnen zeggen: de Russen maakten met hun enorme, in de Sovjettijd ontwikkelde sprongen een politiek statement – ‘Kijk ons eens machtig en grandioos zijn’ – terwijl het bij de West-Europese technieken meer draait om het overbrengen van plezier.’
‘Naast Laurence Korsenti en ikzelf was dit keer ook docent Grigori (Grisha) Tchitcherine bij het seminar betrokken, een expert in de Russische ballettechniek. Samen hebben we de beide methodes belicht en ook laten zien dat de twee niet tegengesteld aan elkaar hoeven te zijn, maar elkaar juist ook kunnen versterken. Voor sommige deelnemers was dat echt een eye-opener.’
‘Wat we tijdens de hele serie seminars hebben willen laten zien, is dat er niet slechts één aanpak is, dat alle methodes goed zijn, zolang je als docent maar bewust voor het een of het ander kiest. Vanuit de deelnemers hebben we daar heel goede reacties op gekregen, docenten hebben die benadering echt omarmd, al zal een enkeling die nadruk op eigen verantwoordelijkheid misschien ook lastig vinden.’
‘Hoe dan ook ben ik erg blij met alle feedback en het enorme enthousiasme van de deelnemende docenten. In Nederland was dit een pilot voor mij, maar in de Verenigde Staten heb ik al veel ervaring opgedaan met dit soort bijeenkomsten. En eigenlijk is het een van mijn favoriete bezigheden: met elkaar gaan zitten en leren van de mensen die hetzelfde doen als jij, namelijk ballet doceren.’