De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van de academies van de AHK (Academie van Bouwkunst, Academie voor Theater en Dans, Breitner Academie, Conservatorium van Amsterdam, Nederlandse Filmacademie, Reinwardt Academie) en de master Kunsteducatie is in 2018 verbeterd. Tegelijkertijd zijn zij vaker uitsluitend werkzaam in het vakgebied waarvoor ze zijn opgeleid. Dat blijkt uit de Kunsten-Monitor 2018.
Met een werkloosheidspercentage van 2,1% zitten afgestudeerden van de AHK onder het percentage van vergelijkbare kunsthogescholen en ruim onder het gemiddelde in het gehele hbo, waar sprake is van 3,6% werkloosheid. De dalende trend die vanaf 2013 zichtbaar is, blijft zich daarmee voortzetten. Het gemiddelde uurloon is voor het eerst in jaren licht gestegen.
De afgestudeerden zijn tevreden tot zeer tevreden over de voorbereiding op het uitoefenen van hun beroep en hebben een goede basis om zich in hun loopbaan verder te ontwikkelen. Wel vinden alumni dat ze beter voorbereid kunnen worden op het starten op de arbeidsmarkt en op de zakelijke kanten van hun beroep. Desalniettemin zou 80% van de respondenten opnieuw een opleiding kiezen aan de AHK. Alumni van de AHK zijn dus zeer tevreden over de gevolgde opleiding.
93% van de afgestudeerden is geheel of gedeeltelijk werkzaam in het eigen vakgebied. Dat is iets hoger dan het gemiddelde van alle kunsthogescholen. 80% van de respondenten is werkzaam als scheppend of uitvoerend kunstenaar. Dit is flink hoger dan het gemiddelde van de afgelopen jaren (71%). Het aandeel dat als zelfstandige werkt is met 58% ongeveer gelijk aan de afgelopen jaren.
Kunsten-Monitor
Eind 2018 zijn alle afgestudeerden van de AHK die in 2017 hun diploma haalden benaderd om deel te nemen aan de Kunsten-Monitor. Dit landelijke onderzoek bevat vragen over hun huidige arbeidsmarktpositie, tevredenheid met de opleiding en hun intrede in de arbeidsmarkt. 203 afgestudeerden namen deel aan het onderzoek, een respons van 32%.