Afgeronde projecten

Afgeronde projecten lectoraat Kunsttheorie en onderzoek

Analyse van film, televisie, video, digitale producties
Ernie Tee
Dit onderzoeksproject betrof het ontwerp van een analysemethode die aansluit bij de concrete praktijk van filmmakers. De onderzoeker, Ernie Tee, heeft tijdens de internationale conferentie van het Centre International de Liaison des Ecoles de Cinéma en de Télévision (CILECT) in Wales, Beyond the Theory of Practice (november 2003), een paper gegeven over het onderzoek met als titel Beyond the Obsession with Form.

Een vergelijkend onderzoek naar vormen in de klassieke muziek en in de (film)dramaturgie
Willem Capteyn
Het onderzoek beoogt de verdieping van het vormbewustzijn bij degenen die aan de basis staan van een filmwerk: schrijvers en regisseurs, maar ook producenten en dramaturgen. Het onderzoek spitst zich toe op de vraag of er in de filmdramaturgie vergelijkbare krachten werken als de tonaliteit in de muziek. Willem Capteyn heeft tijdens de CILECT-conferentie in Praag, Blueprint (april 2003) een paper gepresenteerd, met als titel Blueprints in music and cinema (gepubliceerd in CELICT-News). In het tijdschrift Plot verschenen de volgende artikelen: Thuis is van waar we vertrekken,De strijd in en om het middendeel..., en Het ontbrekende thema.

Authenticiteit van gemusealiseerde historische interieurs
Peter van Mensch
In het licht van contextgerichte benaderingen, de zgn. nieuwe museologie en de 'beleveniseconomie' wordt de discussie rond de inrichting en presentatie van museale collecties geanalyseerd. Doel van het onderzoek is in kaart te brengen op welke manieren het begrip authenticiteit in de museale wereld wordt gebruikt en welke betekenissen aan dit begrip worden toegekend, vooral in relatie tot historische interieurs. Het onderzoek zal in het verlengde hiervan leiden tot een aantal aanbevelingen voor het museum van de toekomst.

"The Present of the Past?". Aspecten van de historische uitvoeringspraktijk
Thérèse de Goede, Fred Jacobs, Jed Wentz
Dit onderzoeksprogramma bestaat uit een aantal deelonderzoeken:

1. L’Armonico pratico al Cimbalo.
De stijldiversiteit van het basso-continuospel in Europa in de 17e en 18e eeuw. Dit promotieonderzoek van Thérèse de Goede heeft inmiddels geleid tot een tweetal hoofdstukken die als afzonderlijke artikelen zijn gepubliceerd.

2. De Romeinse monodie en de Franse air.
Dit onderzoek van Fred Jacobs heeft geleid tot de opname en productie van de CD Splendore di Roma (Channel Classics, CCS 19998, mei 2003) - sopraan Johannette Zomers en luitist Fred Jacobs - met werk van Kapsberger, Landi, Mazzocchi, Micchi en Rossi.

3. De Engelse opera aan het begin van de 18e eeuw.
Dit onderzoek van Jed Wentz heeft geleid tot een artikel in Early Music en tot de uitvoering van de opera Pan and Syrinx van Galliard. Op dit moment bereidt Wentz een onderzoek voor naar filosofische, medische en muzikale traktaten uit de 18e eeuw (Descartes, Harvey, Lavater), en het effect hiervan voor de uitvoeringspraktijk toen en nu.

Analyse en uitvoering klassiek-romantische muziek
Clemens Kemme
Het onderzoek betreft een kritische studie van de sterk in omvang groeiende literatuur over Analysis and performance. Deze literatuur wordt getoetst aan eigen ervaringen van de onderzoeker, Clemens Kemme, in projecten 'analyse & uitvoering' aan het Conservatorium van Amsterdam. Het Onderzoek heeft geleid tot verschillende artikelen, lezingen en workshops in binnen- en buitenland, waaronder Een kwestie van chemie.

Horen, zien en zwijgen? - Muziek en mixed media

Willem Wander van Nieuwkerk, Jos Zwaanenburg, Albert van der Schoot
In dit project wordt door Van Nieuwkerk en Van der Schoot de verhouding tussen de muzikale en de theatrale ervaring in de hedendaagse muziek kritisch bekeken, met speciale aandacht voor de rol van nieuwe media. Centrale vraagstelling: Welke inhoud heeft het begrip 'absolute muziek' bij het beschrijven van de eigentijdse muzikale ervaring? Het onderzoek heeft inmiddels geleid tot de productie van het muziektheater stuk The Longest Mauvais Quart d'Heure van Jos Zwaanenburg, en tot een aantal lezingen en (boek)publicaties over het onderwerp. Van Van Niieuwkerk: Horen, zien en zwijgen, Klassiek-Romantische esthetiek en nieuwe klassieke muziek, en Classicist in spijkerpak - Robert Adlington, Louis Andriessen: De Staat.

'Cool Jazz': idioom, ontwikkeling en invloed
Walter van de Leur, Barbara Bleij, Maarten van der Grinten
Het onderzoeksproject is een combinatie van bestudering, door middel van analyse, en uitvoering van 'cool jazz' composities. Daartoe worden transcripties gemaakt evenals partituren gelokaliseerd en voor uitvoering geprepareerd. Tevens omvat het onderzoek een literatuurstudie en een bronnenonderzoek. Het onderzoek is in hoge mate betrokken op de uitvoeringspraktijk - de repetities en concerten zijn het onderzoek in de praktijk. Het heeft geleid tot nieuw onderwijs aan het conservatorium, tot meerdere congrespresentaties in het buitenland en tot een boekvoorstel.

Ontwerpend onderzoeken – Euroscapes

Robert Broesi
In het project worden vijf 'Euroscapes' beschreven. Euro staat voor de entiteit Europa die een ruimtelijk economisch kader biedt waarbinnen een grote mate van individuele vrijheid genoten kan worden. Scape staat voor het gestolde: de fysieke neerslag van het gebruik van ruimte als gevolg van de toenemende individuele vrijheid. Elke Euroscape is dus een specifieke uiting van vrijheid in het huidige Europa.  Het project heeft geresulteerd in een boek: Euroscapes - Forum 2003, R. Broesi e.a. (red.), Must Publishers en AetA.

Praktijk en theorie van het artistiek scheppingsproces
Robert Klatser
Dit onderzoek naar de theorie en praktijk van het artistiek scheppingsproces concentreert zich op kunstenaarspraktijken, de ervaringskennis die daar in ligt besloten, en de al of niet impliciete theoretische noties en opvattingen die daarmee verweven zijn. Het eerste deel van het onderzoek heeft geresulteerd in een bijdrage aan een boek (voorjaar 2005) over Creativiteit en psychische stoornissen, waarin beeldend kunstenaar Robert Klatser het beeld van de kunstenaar deconstrueert aan de hand van een kritische bespreking van de begrippen 'talent' en 'sublimatie'. In het tweede deel wordt autobiografisch onderzoek gecombineerd met een survey onder kunstenaars naar het creatieve proces.

Delen